We schrijven 8 december 2006. Remi en ik doen allebei mee aan een tantraworkshop op Venwoude en treffen elkaar bij toeval voor een meditatie die een prikkelende zintuigenmeditatie blijkt te worden. Een mooie en speelse ervaring. En dan ineens, bij het naliggen, is er die zoen. Een zoen die duidelijk een initiatief van hém is, maar die door mij niet onbeantwoord blijft. Toch ben ik verrast: wacht even, ben ík niet altijd degene die het versierwerk doet?! Deze keer dus niet…

Intussen is het 2017 en dus bijna 11 jaar geleden dat het tantrapad van Remi en mij met deze kus werd ingeluid. Of was die kus niet het échte begin? Een paar maanden eerder immers hadden we elkaar al ontmoet in een andere tantraretreat. Maar meer dan ‘oh, we wonen allebei in Utrecht dus nou ja, laten we maar eens afspreken om thuis een meditatie te doen’ was er toen niet geweest. Een mooie meditatie-avond volgde en daarna nog een en nog een. De energie stroomde al snel als een tierelier, maar verder gebeurde er ‘niets’. Ik zat in die tijd in een (wankelend) huwelijk, had daarnaast een minnaar én ook nog eens thuis drie jonge kinderen rondlopen. En Remi, die golfde nog op de pijnlijke naweeën van een relatie die niet lang daarvoor was geëindigd.

De Kus bracht verwarring. Ik weet nog dat we na afloop buiten in het bos van Venwoude liepen en ik vroeg: ‘En wat nu dan?’ Ja, dat wisten we dus niet.

In de maanden erna gingen we elkaar steeds vaker zien, maar ‘verliefdheid’ konden we het niet noemen. Er was een speciale verbondenheid, maar anders dan we allebei in eerdere relaties hadden ervaren. Toch werd het mij in die tijd wel helder: ik wil geen leven meer zonder tantra en als dat niet binnen mijn huwelijk kan, dan moet ik die relatie stoppen. Een woelige tijd van loslaten en scheiden, wat gelukkig toch ook liefdevol en rustig heeft kunnen verlopen, volgde.

En Remi en ik zijn dus tot op de dag van vandaag bij elkaar gebleven. Om me heen heb ik gedurende die jaren heel wat (tantrische) relaties zien sneuvelen. Ook van mensen waarvan ik dacht dat ze áltijd samen zouden blijven. Uiteraard weet ik dat ‘samen blijven’ geen heilig doel is. Als het op is, is het op. En verschillende mensen om mij heen weten maar al te goed dat ik in die 11 jaar zelf ook regelmatig heb gedacht (c.q. gezegd/geschreeuwd/gejammerd): laat maar, het hoeft niet meer, ik stop ermee. Toch zijn we nog altijd samen en verdiept onze relatie zich alleen maar meer.

Is er een geheim? Ja en nee.

Liefde is een werkwoord. Het hebben van een bewuste/tantrische relatie betekent niet dat je je van de ene orgastische ontmoeting in de andere stort en dat je je op ieder moment gehuld weet in gelukzaligheid. Ja, natuurlijk zijn er momenten van bliss, overgave en stromende liefde. Maar daarnaast zijn er minstens evenveel momenten van diepe, rauwe pijn, van oude wonden die opengescheurd worden (neeee, niet wéér… ja wel!), van diepe angsten die naar boven komen drijven, van weerstand en van ‘IK HAAT JE’…

De kunst van de Liefde is om daar mee te zijn, er mee te ademen, de oorspronkelijke oorzaak van de pijn te zien, de diepere laag ervan te voelen, het tijd te geven, weer naar het hart te gaan om dan uiteindelijk weer de Liefde te voelen bovendrijven, waarop de verbinding weer gevoeld kan worden. Dat is de dans waarin we ons samen bewegen, waarbij de strijd gelukkig steeds korter duurt en de Liefde steeds meer ruimte inneemt.

Vandaag las ik op Facebook een mooie stukje van Arianne van Galen: “Het leven levert je Geliefden waarbij jij kunt helen. We hebben de ander nodig om onze kwetsuren naar het licht te brengen en van daaruit voor liefde te kiezen. Om uiteindelijk alles te leven, in vrijheid en liefde. Iedereen in jouw leven is een spiegel om je heel te maken, je de weg naar liefde te wijzen, maar jouw intieme partner is daar de allergrootste in.”

Ja, je intieme partner is je grootste leermeester. Zo leert Remi mij om steeds weer de zachtheid en mildheid in mezelf uit te nodigen. Hij leert me geduld te hebben en afgestemd te zijn in ons contact. Hij laat me zien hoe belangrijk het is dat hij zijn eigen pad/waarheid volgt en ik voel hoe mooi het is als ik daarvoor buig. Daar waar ik steeds meer verzacht, gaat hij meer en meer in zijn kracht staan. Zo maak ik steeds meer contact met wat Deida mijn vrouwelijke seksuele essentie noemt en Remi met zijn mannelijke seksuele essentie. Dit maakt dat de dans van polariteiten weer uitbundig gedanst kan worden, iets waardoor het passievuur brandende blijft. En denk niet dat dit zomaar vanzelf gaat. Samen leven in een ‘intieme uitwisseling’ zoals Deida deze fase noemt, vraagt een grootse toewijding. Zoals gezegd, liefde is een werkwoord…

Het is in deze fase dat ik voel dat ik (nu pas…) echt klaar ben voor ook het geven van tantraworkshops voor stellen. Lange tijd heb ik dit afgehouden, mede omdat ik weet hoe het samen volgen van een tantraworkshop niet alleen de hemel op aarde kan zijn, maar ook de hel. Been there many times… Maar intussen weet ik ook hoe al die tantra retreats mij, hem en ons hebben doen groeien en hoe het ons uiteindelijk ook altijd weer in een liefdesstroom bracht. Dit is een ervaring die ik ieder stel gun.